Prelex Consult
Wwft training en auditing

Wwft Nieuws


Terug naar overzicht

17-04-2025

Bank mocht de (zakelijke) relatie met haar klant beëindigen i.v.m. Wwft- en integriteitsrisico's.

In deze kort gedingzaak heeft de bank (als gedaagde) de bancaire relatie beëindigd op grond van haar verplichtingen onder de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).

Concreet betekende dit dat de bank tijdens een cliëntenonderzoek signalen of risico’s had geconstateerd die niet in overeenstemming waren met haar integriteitsbeleid en de Wwft-normen. Omdat de klant (als eiser) onvoldoende duidelijkheid gaf over de herkomst van gelden en bepaalde transacties, achtte de bank het risico op witwassen te groot. Hierdoor voelde zij zich genoodzaakt om de relatie op te zeggen.

Uit de uitspraak blijkt dat de bank de bancaire relatie beëindigde vanwege meerdere rode vlaggen die tijdens het cliëntenonderzoek opdoken. Dit betrof onder meer:
- Onvoldoende transparantie over de herkomst van geldstromen;
- Complexe of ongebruikelijke transacties die niet goed verklaard konden worden;
- Inconsistenties in verstrekte informatie door de cliënt; en
- Een algemeen verhoogd risico op witwassen, volgens het risicoprofiel van de bank.

Zo waren een deel van de afnemers en leveranciers van de klant partijen waar de bank afscheid van heeft moeten nemen op grond van de Wwft. Van een ander deel is gebleken dat die bedrijven korte tijd na oprichting niet meer actief zijn, niet over een bedrijfspand (met loods) beschikken en/of hun btw-nummer is ingetrokken.

Ook bleek dat kort na de oprichting van de klant, zonder aanwezig van startkapitaal, er al onverklaarbare, substantiële bedragen werden overgemaakt via de rekening van de klant. In de eerste 3,5 maanden ontving de klant € 2.185.531 op haar rekening. Deze bedragen werden vervolgens vrijwel direct overgeboekt naar rekeningen van derden.

De voorzieningenrechter komt tot de slotsom dat de bank, als gevolg van de nauwelijks tot niet verifieerbare en als vaag te typeren bedrijfsvoering en transacties, de herkomst van de ontvangen gelden niet kon vaststellen en niet kon uitsluiten dat de betaalrekening werd gebruikt voor activiteiten en/of doeleinden die de Wwft beoogt te bestrijden.

De bank had daarom goede gronden om aan te nemen dat er zodanige integriteitsrisico’s kleefden aan de wijze waarop de klant zijn onderneming voert dat opzegging van de bank van haar relatie met de klant naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar is.

De uitspraak is te lezen via onderstaande link.

Uitspraak: Rechtbank Rotterdam (voorzieningenrechter)



Terug naar overzicht